Recensie: Geestenburg

Geestig

Doug TenNapel begon zijn carrière als animator voor games en tekenfilms. Aangezien dat dergelijke projecten meestal niet de visie van één man weerspiegelen begon hij na een tijdje ook strips te maken. Een gelukje voor ons want “Geestenburg” is zijn tiende strip en ik vermoed dat, wanneer hij deze verhalen in de vorm van tekenfilms op de wereld had losgelaten, een hele hoop aspecten die zijn verhalen zo leuk maken er misschien niet helemaal door zouden zijn gekomen. Tien strips in twaalf jaar tijd ook. Ik vermoed dat men niet zomaar tien tekenfilms in dezelfde tijdsspanne op de wereld kan loslaten.

In “Geestenburg” draait het verhaal rond een jongen met een terminale ziekte. Hij wordt per ongeluk naar het hiernamaals geflitst. Het leven daar is allesbehalve aangenaam dankzij de grote dictator Valkema. Geert ontmoet zijn overleden grootvader en een hele hoop andere kleurrijke figuren en samen zoeken ze naar een weg naar huis voor de jongen. Frank, de man die verantwoordelijk is voor het wegflitsen van Geert, duikt eveneens op om Geert terug naar het land van de levenden te proberen halen.

Het is meteen duidelijk dat TenNapel een animatiemaker is in die zin dat het verhaal enorm veel vaart heeft en op geen enkel moment stilvalt. Toch wel straf voor een strip van 270 pagina’s. Af en toe passeert er wel eens een toevalligheidje dat minder geloofwaardig is en dat als functie heeft de plot voort te drijven, maar dat stoort eigenlijk geenszins.

De kracht van TenNapel is zijn absurde gevoel voor humor, dat af en toe doet denken aan het beste van Donjon, en zijn gevoel voor dialoog en personages. Alle figuren in deze strip zijn zeer goed uitgewerkt en hebben karakter. Veelal tovert TenNapel die diepgang of originaliteit tevoorschijn in een luttele zin of een kleine actie.

Er is over het verhaal en de personages nagedacht en de ene goede vondst tuimelt over de andere. Of dat nu gaat over het politieke systeem in Geestenburg of over een weerwolf die een scheet laat: het is allemaal even entertainend.

En dat is het sleutelwoord voor deze strip: entertainment. Er worden geen grote thema’s behandeld of het zouden de vrij klassieke gezinswaarden moeten zijn. Let wel, dat gebeurt niet op een saaie manier, eerder worden de emoties van de personages en hun relationele of familiale sores aangebracht zoals in een goede Disneyfilm. Zo’n oude Disneyfilm. De laatste, pakweg dertig pagina’s, vormen bijvoorbeeld een barrage van catharsissen voor elk personage en hoewel dat bij mij in de Lord of The Rings film “The Return of The King” zorgde voor braakneigingen kon ik het bij dit album amper droog houden. Nu ja, ik ben dan ook een constant aan oververmoeidheid leidende, bittere knaap die in het echte leven weinig blijk geeft van emoties maar die gaat blebberen van zodra er in een verhaal een koppeltje eindelijk geluk vindt of een meisje haar vader vergeeft. Tant pis.

De tekenstijl van TenNapel is, zoals u al verwachtte, vrij cartooneske en doet meer dan eens aan Jeff Smith van “Bone” denken. Uiterst geschikt voor de slapstick en de snel voortdenderende ontwikkelingen in dit verhaal.

De vertaler heeft ervoor gekozen om de namen en plaatsen in het boek te vernederlandsen. Vraag me niet waarom, ik denk niet dat er iemand problemen gehad zou hebben met bijvoorbeeld “Ghostopolis” in plaats van “Geestenburg”. Misschien zeg ik zelfs beter “verhollandsen” in plaats van “vernederlandsen”. Voor de Vlaamse lezer klinken namen als “Valkema” en “Bottema straat” misschien een tikkeltje vreemd in de oren, maar à la.

Ik heb ook de Engelse versie gelezen en de humor komt beter over in de Engelse taal, maar daar valt niet zoveel aan te doen vermoed ik.

“Geestenburg” is een vlot getekend, zeer entertainend, inventief en grappig verhaal dat beiden kinderen en volwassenen zal aanspreken en of dat nu in het Engels of het Nederlands gebeurt maakt niet zo heel veel uit.

Geestenburg

Tekst & Tekeningen: Doug TenNapel

Kleur: Katherine Garner & Tom Rhodes

Assistentie bij de inkleuring: Matt Ladoski, Aaron Crayne, Wes Scog, Rick Randolph, Kenny Hitt, Ethan Nicolle, Eric Branscume, Dirk Erik Schulz, Sean McGowan en David Kowalyk (wat is er daar gebeurd? “laten we elk één kleur doen jongens!”)

Vormgeving: Phil Falco

Vertaling: Jean-Paul Arends

HC – € 19,95

Dit bericht werd geplaatst in Recensies, Stripelmagazine en getagged met , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s